Na jarenlange bezuinigingen betekende een manifest van Hugo Borst en Carin Gaemers drie jaar terug een ommekeer voor de verschraalde verpleeghuiszorg. De politiek omarmde hun wens voor extra zorgpersoneel plus de benodigde zak geld.
Voor bewoners moest gaan gelden: aandacht is net zo belangrijk als verzorging en veiligheid. Met deze kwaliteitseisen zijn de verpleeghuizen in 2017 aan de slag gegaan.
Sindsdien toetst de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd de kwaliteit van verpleeghuiszorg anders. Boven alles geldt of een bewoner zorg op maat krijgt. Voor het eerst is, na honderden inspecties door heel Nederland in de afgelopen twee jaar, het resultaat daarvan bekend. Het goede nieuws is: bij veruit de meeste zorgorganisaties (circa 78 procent) kennen medewerkers de bewoner en zijn wensen en behoeften.
Lang niet alles loopt organisatorisch echter al op rolletjes. In veel organisaties (zo’n 43 procent) worden nog steeds niet voldoende zorgmedewerkers ingezet of is onvoldoende deskundigheid beschikbaar. Denk bijvoorbeeld aan specialisten ouderengeneeskunde. En in te veel verpleeghuizen (ongeveer 26 procent) van alle bezochte organisaties, heerst volgens de zorgwaakhond nog geen ‘veilige cultuur’. Het is geen plek waarin de zorgmedewerker open kan zijn over fouten en twijfels. Terwijl het wél nodig is dat er iets verandert na incidenten.
Minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is tevreden met de opgaande trend. ,,De beweging naar een betere verpleeghuiszorg zet volop door en dat is mooi. Maar er zijn ook nog flinke stappen te zetten. Voldoende deskundig personeel vinden en behouden bijvoorbeeld, om de kwaliteit van zorg verder omhoog te krijgen en hoog te houden. De lat voor goede persoonsgerichte zorg ligt hoog.’’